Mijn vader is 5 jaar geleden overleden. En weet u wat ik nu het ergste mis? Dat ik hem niet kan bellen. Als het een grijze saaie dag is en ik heb niemand gesproken. Dat ik dan niet kan bellen "Pa heb je nog een nieuwtje? Had oom Ab nog wat te vertellen?" Of als iemand naar doet "Pa weet je wat die vent nou toch deed".
Soms praat ik tegen mijn ouders in de hemel ook al kunnen ze niets meer terugzeggen. Pas nog. Om te vertellen dat die oom Ab was overleden die hen iedere dag belde maar dat wij als familie niet welkom waren op zijn begrafenis.
Dat is één vader in de hemel maar er is nog een Vader in de hemel. Eentje met de meest geavanceerde mobiele telefoon. Hij kan lezen wat er in ons verstand en in ons hart omgaat en wij mogen naar hem uitroepen. Wij mogen bidden. En Jezus doet ons voor hoe.
Nou is bidden sowieso goed. Of je nu geloofd of niet. Je zorgen eerlijk kunnen benoemen. Nadenken over wat anders moet. Tevreden zijn met wat je hebt. De dokters hebben ontdekt dat het goed is voor de bloeddruk en tegen de stress. Of je het nu bidden, mediteren, yoga, mindfulness noemt.
Maar als Christenen geloven we dat de Heere luistert als wij bidden.
Maar hoe moeten we bidden? "Heere zegen deze spijze amen" en dan hup eten? Een soort Sinterklaas verlanglijstje?
Nee Jezus doet het de discipelen voor. Hij beginr met "Onze vader". Niet mijn vader maar onze. Zijn vader wil immers ook de onze zijn.
Hoe noemde u uw vader? Pappa, pa, paps, pappie, vader, heit? Jezus sprak Aramees en dan is vader Abba (de Arabieren zeggen tegenwoordig babba). Lijkt op ons pappa hè?
Het Nieuwe Testament is in het Grieks geschreven. Ook het Onze vader. Maar als de Bijbelschrijvers iets Aramees toch wel belangrijk vonden dan zetten ze dat woord erbij. Dus wanneer Jezus bidt in Getsemane dan schrijft de evangelist op Abba o pater: abba vader. De vroege Christenen baden ook zo.
En ook de apostel Paulus schrijft dat twee keer in zijn brieven.
In Galaten 4: Nu, omdat u kinderen bent, heeft God de Geest van Zijn Zoon uitgezonden in uw harten, Die roept: Abba, Vader!Dus nu bent u geen slaaf meer, maar een zoon; en als u een zoon bent, dan bent u ook erfgenaam van God door Christus.
En in Romeinen 8 "Want u hebt niet de Geest van slavernij ontvangen, die opnieuw tot angst leidt, maar u hebt de Geest van aanneming tot kinderen ontvangen, door Wie wij roepen: Abba, Vader!De Geest Zelf getuigt met onze geest8: dat wij kinderen van God zijn.En als wij kinderen zijn, dan zijn wij ook erfgenamen: erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus;
In Openbaring staat: Wie overwint, zal alles beërven, en Ik zal voor hem een God zijn en hij zal voor Mij een zoon zijn.
Wij mogen dus zoals Luther zegt erfgenamen zijn. Als je een erfenis krijgt hoef je die alleen maar te accepteren. Want zo lief heeft God de wereld gehad dat hij zijn zoon stuurde die met de mensen bad "Onze Vader in de hemelen".
ABBA vader zingen
Nou was er hier een voorganger in de buurt die zei: "dankzii Jezus zijn wij van God's schepselen zijn kinderen geworden". Ja wij niet-Joden maar God was toch de Verbondsgod van Israel in het Oude Testament? Werd God dan geen Vader genoemd?
We zien Hem daar als de Heer der Heerscharen. Waar priesters en levieten erediensten voor verzorgden in de tempel met zoenoffers en brandoffers.
Maar Abraham was vrienden met God en kon onderhandelen over Sodom en Gomorra. Mozes sprak met God op de berg Sinaï. Samuel hoorde God hem roepen. David dichtte psalmen als de mooiste gebeden. Koning Hizkia smeekte om hulp toen de Assyriers Jeruzalem belegerden en Gid vernietigde dat leger in de nacht.
Was God niet voor hen iemand die vaderlijk zorgde? In de psalmen wordt Hij vergeleken met een herder of zoals in psalm 121 met een wachter die ons voor kwaad behoedt. Dat klinkt als een goede vader. In Jesaja en Jeremia wordt hij ook Vader genoemd.
Het verschil legt Paulus uit in zijn brief aan de Hebreeen. Nu hebben we geen hogepriester meer nodig in een tempel die voor ons bidt want we hebben Jezus als onze Hogepriester in de hemel en zoals uit die brieven aan de niet-Joden klinkt na Pinksteren geldt dat voor iedereen Jood en niet-Jood.
Nu gaan we nog even terug naar psalm 121 en het Onze Vader en die oom van mij.
Zoals u ziet wordt er gesproken over een wachter die behoedt bij grote smart. Mijn oom verloor zijn kind en ik bereidde de begrafenis met hem voor en suggereerde die tekst. Hij liet Abba Vader zingen. "Laat mijn hart niet koud zijn Heer". Ik kreeg het niet gezongen want mijn neefje stierf wachtend op een donorhart.
Maar daar wordt iets anders mee bedoeld. Laat me niet koud en ongevoelig en onverschillig zijn.
Die oom was de laatste jaren van zijn lecen verbitterd. Erg teleurgesteld in het leven. Relaties lukten niet, kind gestorven, zelf erg ziek. Je hoefde maar iets te zeggen of hij was aangebrand. Dus toen hij stierf moest hij vetrekken met een trap na richting ons allen. We waren niet welkom op de begrafenis.
Waar psalm 121 werd gelezen en Abba Vader gezongen. En ik worstelde hiermee. Ik vond het best een grote zonde als sluitstuk. Zo mensen bewust verdriet doen.
De pastoor in Assen zei pas "De grootste zonde is vergeten al het goede wat de Heere voor ke gedaan hebt in het leven". Ja want dan sla je zijn genade af uit bitterheid en ondankbaarheid. Een erfenis kan je ook afslaan.
We zongen net:
"De HEER’ zal u steeds gadeslaan,Opdat Hij in gevaar,Uw ziel voor ramp bewaar’.
Nou ontkent niemand verdriet, rouw, pijn, nood. En dat mogen we allemaal bij God leggen en met onze vrienden en familie bespreken.
Maar niet in bitterheid lelijk gaan doen. Want dat is een ramp voor onze eigen ziel. Dan vergiftigen we obszelf.
De Joden en de moslims geloven dat er een duiveltje en een engeltje op onze schouders zitten die ons in de oren fluisteren.
Laten we daarom dan denken aan het Onze Vader. Daarin bidt Jezus ons voor "verlos ons van de boze" "En behoedt ons tegen het Kwaad". Kwaad van buiten en ons eigen kwaad. "Want van U is het Koninkrijk, En de kracht en de heerlijkheid, Tot in eeuwigheid.
Of zoals in psalm 89 wordt gezongen
'k Zal eeuwig zingen van Gods goedertierenheên;
Uw waarheid t' allen tijd vermelden door mijn reên.
Ik weet, hoe 't vast gebouw van Uwe gunstbewijzen,
Naar Uw gemaakt bestek, in eeuwigheid zal rijzen;
Zo min de hemel ooit uit zijnen stand zal wijken,
Zo min zal Uwe trouw ooit wank'len of bezwijken.
AMEN
AMEN
Reacties
Een reactie posten